Categorie: Shows

Zoals Netflix & de Champions League! De seizoensfinale “Wie wordt HET Gentse ImproBeest?”

Erbij zijn? Reserveer hier je plekje!

8 finalisten. 1 regisseur. 1 scorekeeper. 1 podium. 0 voorbereiding. En de winnaar krijgt… een masker?! Dit is geen gewone theatershow, dit is een theatersportwedstrijd. Deze show is gratis binnen. Maar je mag niet gratis buiten.

Competitie in theater. Werkt dat?

Jawel! Zaterdagavond 31 mei gaat in De Kring Heilig-Hart in Gent de finale door van “Wie wordt het Gentse ImproBeest?”. Dat is een improcomedy-show waarbij acht finalisten op het podium een speelse strijd voeren.

In deze theatersport-wedstrijd strijden geen ego’s. Want de scène wordt gescoord, niet de spelers apart. Zo wordt collectieve creativiteit en samenwerking beloond. De acht finalisten – “de improbeesten” – improviseren ter plekke scènes op basis van publieksinput. De regisseur geeft verschillende theateropdrachten, het publiek bepaalt mee de inhoud van de scènes én kent na de scène punten toe via applaus. De twee spelers met de hoogste scores nemen het aan het eind tegen elkaar op in een finale scène. De winnaar wordt bekroond met eer, glorie en een ludieke prijs: een dierenmasker, gekozen door de medefinalist.

De weg naar de finale!

De acht finalisten hebben elk eerder dit jaar een voorronde gewonnen en brachten hun unieke stijl mee. Zoals bijvoorbeeld de freestyle-rap van Jasper De Lange, de krachtige mime van Bram Smans, tot de verfijnde personagewissels Karlien De Vrieze. Sinds begin dit jaar gingen zo’n 70 acteurs hen vooraf in de voorronde-shows. Soms met discussie over wie nu echt had moeten winnen, zoals dat hoort bij elke goede competitie.

Wie zijn die improbeesten?

De cast bestaat uit mensen van allerlei pluimage: van bloemsierkunstenaar Tom De Houwer tot psychotherapeut Caro Moons, en van Lindy Hop-danser Bram Smans tot notenhandelaar Bart Van Honsté. Ook professionals uit de theatersector zijn vertegenwoordigd, zoals Christian Makuta. Die is docent drama bij o.a. Refu Interim/Company Cordial. En ook Pieter Beck, die docent is voor o.a. NTGent en OpenDoek vzw, en ook straattheateracteur.

Publiek! Zit stil & zwijg!

Wat deze show bijzonder maakt? Het publiek zit niet stil en zwijgt niet: het mag input geven, reacties tonen én bepalen wie wint. “Impro kan al eens cringe zijn,” zegt organisator Pieter Beck, “maar het publiek waardeert net de spontaniteit, de sfeer en de verbazingwekkende vondsten op scène.”

Gratis binnen, maar niet gratis buiten!

Je komt gratis binnen bij deze show, maar je gaat niet gratis buiten na deze show. Wie wil, kan na afloop een vrije bijdrage geven, via een QR-code of cash. Je wil zelf eens improvisatietheater proberen. Dat kan je doen via de gratis proefsessies. Of je kan instappen in de beginnersreeks FUNdamenten. En nadien nog verdere improvisatietheater-modules volgen in de F*ck Up School (FUS!). Wie het workshop-traject bij FUS! volgde, krijgt sowieso podiumkansen. Dat is het grote verschil met andere impro-collectieven zoals BIL, waarbij je enkel maar via een auditie & selectie op een podium geraakt.

Alles Kapot op de Gentse Feesten?

Deze zomer kan je ook terecht op het Alles Kapot Theaterfestival in De Kring Heilig-Hart in Sint-Amandsberg tijdens de Gentse Feesten van 24 tot 27 juli. Overdag zijn er workshops van verschillende professionele docenten. Zoals een workshop over meertaligheid in improvisatietheater door Khalid Benaouisse en een workshop over surrealisme in improvisatietheater door Tom Smet.

Locatie: De Kring, Gelagzaal – een bar in het voormalig parochiecentrum Heilig-Hart dat werd ingericht tot een theatercafé, mét podium, gordijnen en spotlights.

Deze seizoensfinale is toevallig ook de 50ste editie van deze show, die werd geadapteerd van Loose Moose & verder ontwikkeld binnen FUS! (F*ck Up Stage!) door Pieter Beck. 

Meer info of interview:
Pieter Beck – 0472 793 951 – [email protected]https://fusimprov.be – FB & Insta: @fusimprov 

Historiek van improv: https://fusimprov.be/van-pantalone-tot-playback-theatre/

Improv als menstraining!

Ik doe reeds een 7-tal maanden aan improvisatietheater. Ik volg reeksen bij FUS Improv. Improvisatietheater is een kwetsbaar iets. Je geeft jezelf bloot en levert jezelf over aan het moment en de input van de tegenspelers en het publiek.

Bij FUS! Improv ervaar ik een veilige omgeving, waarin ik me bewuster wordt van eigen denkpatronen en me verder kan ontplooien. Het is ook fijn om mensen op die manier te leren kennen, het verbindt. Je hebt sowieso al een gemeenschappelijk iets nl. jezelf geven op een podium.

Ik heb traag opgebouwd met improvisatietheater. Eerst een 5-tal proefsessies gevolgd, om er in te komen. Daarna de basisreeksen. Ik had telkens stress voor die lessen, die stress is gezakt doorheen de tijd.

Ondertussen zit ik in reeks 3 en heb ik ook al aan enkele shows meegedaan. Soms met een 20-tal mensen publiek. Bij de shows heb ik in het begin als scorekeeper opgetreden, daarbij volg je een bepaald stramien om scores toe te kennen aan spelers, op basis van de reactie(s) van het publiek. Voor mij was dat een dankbaar iets, omdat ik een script kon volgen en toch podiumervaring kon opdoen.

Het is fijn om er in te groeien. Het geeft een boost aan het zelfvertrouwen. Het is uit de comfortzone en het went meer en meer. Het maakt me sterker.

Ik neem dit mee als mens buiten de impro. Spontaner m’n mond leren opendoen en zonder stress (voorbereid) praten voor een publiek.  

Impro legt voor mij ook groeipunten bloot. Zoals oogcontact met het publiek. Ook breed durven kijken naar een situatie, en niet alleen gefocust op telkens één ding. Het is fijn om daarin te kunnen groeien. En groeien is wat we nodig hebben als mens. Stagnering is achteruitgang.

Dit artikel verscheen ook op de blog van Jonas zelf.

Van Pantalone tot Playback Theatre!

Langere titel >> Improvisatietheater: een dolle geschiedenis van durven, falen en floreren.

Improvisatie is ouder dan Shakespeare, ouder dan souffleurs en zelfs ouder dan dramaqueens. Het begon allemaal met de Commedia dell’arte in het 16e-eeuwse Italië. Een soort sketchcomedy avant la lettre, waarin gemaskerde spelers op pleinen en podia het publiek veroverden met vaste typetjes, losse verhalen en bakken improvisatie. Het was snel, fysiek, bij de haren getrokken — en vooral: levend.

Eeuwen later in Chicago ging Viola Spolin in de jaren ’40 met kinderen en acteurs aan de slag. Geen script, geen hoofdrol, wél spelregels die vrijheid gaven. Haar doel? Mensen leren spelen zonder zelfcensuur, met de verbeelding als kompas. Niet denken, maar doen. Haar zoon, Paul Sills, zette haar methodes op de planken en richtte mee The Second City op: bakermat van improvcomedy én wiebelige stoelen van het lachen. Daar stapte ook Del Close binnen — half filosoof, half vuurwerkfabriek. Hij vond improvisatie geen oefenvorm, maar een kunst op zich. Samenwerking, associatie en absurditeit kregen vorm in de Harold, een lange vorm waarin scènes, thema’s en personages elkaar beïnvloeden als jazzmuzikanten op een goed humeur. En iedereen kent de acteurs uit deze school: Tina Fey, Bill Murray, John Belushi, Amy Poehler (zette werk van Del Close voort in New York bij UCB), Chris Farley, Jason Sudeikis & Donald Glover.

Aan de overkant van de oceaan stond Keith Johnstone (Londen) met evenveel goesting te schudden aan de muren van het klassieke toneel. Hij vond acteurs veel te braaf, veel te geforceerd. Met formats als Theatresports en technieken als statusspel, wilde hij één ding: mensen hun spontaniteit teruggeven. En lachen mocht, maar moest niet.

In dezelfde adem ontstond in de jaren ’70 ook Playback Theatre. Hier gaat het niet om verzonnen scènes, maar om échte verhalen van het publiek die door spelers live worden vertaald naar beeld, beweging en muziek. Het resultaat is een wonderlijke mix van empathie, herkenning en “zo had ik het zelf nog niet bekeken”.

En dan is er nog de TheaterClown: die komt uit de kermis, de piste én het diepste van jezelf. Geen grapjas met fluitje, maar een hypergevoelige speler die het publiek recht in de ogen kijkt. Zijn drijfveer? Volledig aanwezig zijn in het moment, met een open hart en een open neus. Theaterclownerie is puur spel, zonder filter, en maakt van falen een feest.

Improvisatie is dus geen stijl, maar een levenshouding: nieuwsgierig zijn, vertrouwen op het onbekende, durven struikelen én er iets moois van maken. Van maskers tot microfoons, van clown tot collectieve creatie — improvisatie blijft een ode aan het nu.

Het FUS! Speelcollectief

FUS! is een speelhuis met veel speelplekken in Gent en Antwerpen. We zitten soms in Borgerhout of Berchem, dan weer in Gentbrugge of Sint-Amandsberg. Je kan er terecht voor basisreeksen, cursussen of eenmalige workshops improvisatietheater. Ook om toegankelijk actueel theater te zien, kan je een kijkje nemen naar het show-aanbod. 

Daarnaast is FUS! een plek voor iedereen. Als je reeksen en workshops gevolgd hebt, kan je kiezen om bij het FUS! Speelcollectief te komen. Daar kan je op jaarbasis je verder ontwikkelen en trainingen volgen. Dat wil zeggen, dat je in aanmerking kan komen om gevraagd te worden voor te spelen in een show of shows. In onze shows kunnen een verscheidenheid van mensen meespelen. Als improvisator in shows spelen, is ook een erg vruchtbare bodem voor nieuwere leden om hun skills te ontwikkelen. En daarvoor is er vertrouwen. Mensen leren het meest door te performen. Dit kan lang duren, maar het is het waard om als improvisatietheaterorganisatie vertrouwen te hebben in mensen. Sommigen doen er 6 jaar over om een top-performer te worden. De ene wil groeien en groeit gestaag. De andere wil niet groeien en plafonneert. Maar toch wil het FUS! Speelcollectief een plek zijn gericht op groei voor iedereen. Typische theater-uitsluiting werkt niet goed bij improvisatietheater-companieën. 

Je zal bij FUS! Dus ook shows zien die een hobbelige start hebben, scènes die niet van een leien dakje gaan, spelers die je 2 jaar geleden nog niet bekoorden zoals ze dat nu doen. Dus wees welkom voor wat je zoekt. Een basisreeks of 3, ontwikkeling als improvisator, wens om show-formats te ontwikkelen…